De Sakko-prijs voor Kunsten en Letteren 1992 is toegekend aan
De Geschiedkundige Kring van Stad en Land van Bergen op Zoom
vanwege haar grondige en enthousiaste bestudering van het culturele, artistieke en heroïsche verleden van stad en streek, middels o.a. publicaties, lezingen en excursies van hoogwaardig gehalte. Aldus is zij een inspirerende kracht van onschatbare waarde geworden voor de bewustwording van de bevolking van de interessante en grote historische betekenis van Bergen op Zoom en omgeving, daarmede een baanbrekende bijdrage leverende aan het rijke culturele leven van het Markiezaat van Bergen op Zoom, in het bijzonder van onze goede stad.
Bergen op Zoom, november 1992
Toespraak De Geschiedkundige Kring van Stad en Land van Bergen op Zoom:
Beste vrienden van en belangstellenden voor de prijswinnaar,
In onze dagen worden wij geconfronteerd met een actie tot behoud van de bossen, o.a. via de slogan “Kappen met kappen”. De argeloze toehoorder zal zich nu afvragen: “Wat heeft dat te maken met de Sakko-prijs ?
Ik zal het u zeggen --- niets !, alhoewel, kappen met kappen is hier niet van toepassing op de bomen van het woud, maar op enen Wout van de Boom ! Hij kapt er namelijk mee. Dat is te zeggen, niet met de prijs maar met Sakko, en gaat genieten van een welverdiend rustiger leven na vele jaren o.a. in de olie te zijn geweest. Hier past een woord van afscheid, hier past een woord van dank. Immers, zonder hem en zeker ook zijn voorganger-directeur Piet Verhage, stond niet die prachtige windvaan op de toren van dit illustere paleis en had onze stad geen jaarlijks uit te reiken prijs voor Kunsten en Letteren voor een uitzonderlijke Bergenaar of Bergse groep, de enige artistieke prijs, die onze toch zo culturele stad kent.
Wout en Piet, Bergen op Zoom is jullie héél veel dank verschuldigd !
En nu de prijswinnaar.
Na zorgvuldige afweging van potentiële kandidaten heeft de jury de prijs 1992 toegekend aan de Geschiedkundige Kring Stad en Land van Bergen op Zoom, wegens zijn grote verdienste voor de bestudering en popularisering van de rijke historie van onze goede stad en streek.
De geboorte van de Kring was geen toevallige of willekeurige gebeurtenis, maar heeft een duidelijke sociale oorzaak. Het langzamerhand uitgroeien van de stad, de middelbare scholen, het zich hier settelen van academisch gevormden die, van buiten komend, zich binnen onze gemeenschap happy zijn gaan voelen, en een toenemend besef op een punt in de geschiedenis te staan, dat veel kostbaar ouds snel zou kunnen verdwijnen, hebben er sterk toe bijgedragen om interesse te kweken en aandacht te vragen voor de grote historische waarden van Bergen op Zoom en naaste omgeving.
Hier moet ook zeker de naam van wijlen Corneel Slootmans genoemd worden, door wiens veelvuldige publicaties de historische importantie van de stad bij de burgerij is gaan leven en bij haar een gerechtvaardigde stedelijke trots opgewekt heeft, die de belangstelling voor het roemruchte en turbulente verleden van de stad allengs deed groeien.
Edoch, iedereen pionierde op zijn eigen houtje en op zijn eigen afgebakend terreintje, met slechts sporadisch onderling contact tot uitwisseling van wetenswaardigheden.
Het vermoeden, dat er een steeds toenemende belangstelling zou bestaan voor de geschiedenis van Bergen op Zoom was aanleiding voor enkele enthousiastelingen, een poging te wagen om krachten te bundelen.
Zo werd, na enkele interne besprekingen, de zgn. Commissie van Acht (echt met ch !) in het leven geroepen, die op 15 november 1967- en dat is morgen precies 25 jaar geleden- een bijeenkomst in De Draak belegde, voor mogelijk geïnteresseerden, om zich gezamenlijk te beraden over de levensvatbaarheid en het eventueel functioneren van een historische kring hier ter stede. 25 Van de aanwezigen gaven spontaan een positieve reactie, waarmee de geboorte van de kring geëffectueerd was. Per 1 januari 1968 werd de vereniging ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer V-280920, met als naam Geschiedkundige Kring Stad en Land van Bergen op Zoom.
De doelstelling werd voorlopig als volgt beschreven:
- a.Bestudering en bevordering van het verleden van Z.W.Brabant.
- b.Bestudering en bevordering, en het voor Stad en Land van Bergen op Zoom behouden van historisch waardevolle voorwerpen, in het gebied vervaardigd, of eruit afkomstig.
Er moeten goede feeën aan de wieg van het borelingske hebben gestaan. De plaatselijke dagbladen meldden het goede nieuws met iets grotere koppen dan doorgaans gebruikelijk was, en de Maatschappij tot Nut van het Algemeen stuurde een uitnodiging tot bijwoning van een van haar vergaderingen, wat als een soort van erkenning gezien kon worden, alsook het bijzonder sympathieke gebaar van Burgemeester en Wethouders, om voor de eerste ledenvergadering op 26 januari 1968 de Markiezenzaal van het stadhuis beschikbaar te stellen.
Op deze bijeenkomst werd de Commissie van Acht tot voorlopig bestuur gekozen, met Fons Gieles als voorzitter, August Laane als penningmeester, en de heren Christ van de Boom, Wim Jordans, Jan van Mosselveld, C. van Niftrik en Cees van de Water als leden. Dr. Emiel Härtel hield op die avond de eerste zeer interessante lezing onder de titel: Bergen op Zoom, geografisch-historische aspecten van het bestaan van een menselijke groep in zijn stedelijk woongebied.
Tevens werd besloten tot uitgifte van een eigen tijdschrift, dat in de loop van de jaren tot uitstekend propaganda-materiaal uitgroeide en met talrijke bijzonder deskundige artikelen de kennis van het verleden van stad en land onder een steeds toenemend aantal belangstellenden zou verbreiden.
Het blad kreeg de naam “De Waterschans”, gevonden door Cees van de Water, die naast zijn jarenlange redactie-activiteiten ook daarmee zijn naam onverbrekelijk aan het blad verbond. Voor leden en abonnees bereikte het periodiek binnen korte tijd een oplage van 200 exemplaren.
Het eerste verslag van de vergadering eindigt met de kernspreuk van de vereniging: “Fausto Nunine Berga victrice”, hetgeen zoveel wil zeggen als: we hebben het in Bergen toch maar weten te klaren. Gezien de doelstelling van de vereniging zou het hier om ouwe klare kunnen gaan …..jonge, jonge ….. Edoch, de notulen vermelden tevens, dat bij wijze van uitzondering er gratis koffie werd geserveerd !
De eerste jaarvergadering werd gehouden op 26 januari 1969.
Vanwege het feit, dat Bergen op Zoom 25 jaar geleden werd bevrijd, kwam een gedenknummer van de Waterschans uit, met als titel: “Bergen op Zoom, historische schets van een stad in oorlogstijd”. Van de hand van dr. Emiel Härtel en tevens van dr. Van der Tuyn; “De verdediging van Bergen op Zoom door het Franse leger in Mei 1940”.
Dit artikel is in 1979 door een Franse militair vertaald en opgenomen in de Revue Historique de l’Armee.
Dan speelt in 1969 ook de Ravelijnkwestie: de bouw van een Muziekschool op het Ravelijn, naar een ontwerp van de vermaarde architect Fledderus. Het is hier niet de plaats, en zeker niet voor mij, om hier uitvoerig op in te gaan.
Feit is, dat het bestuur voor 50 % vóór en voor 50 % tegen het indienen van een bezwaarschrift was. Het leidde tot een tumultueuze buitengewone ledenverga- dering op 28 februari, die het ledenaantal van de vereniging geen goed deed.
Op deze bijeenkomst werd ook reeds toen geprobeerd de stoffelijke resten van de Bergse Markiezen, van de Maagd –toen nog katholieke kerk- terug te brengen naar de Gertrudiskerk, als de restauratie daarvan voltooid zou zijn, hetgeen intussen is geschied, al hebben de edele heren er nóg ca. 20 jaar over gedaan, om even de Markt over te steken.
Het zou te ver voeren, om hier het gehele wel en wee van 25 jaar Kring te vermelden. Ik zal me dan ook beperken tot de meest markante feiten.
Tot nu toe zijn er ruim 200 lezingen geweest, direct of indirect betrekking hebbende op onze stad en doorgaans gehouden door hooggekwalificeerde deskundigen, waarbij sommigen de geestige noot niet vergaten. Zoals bijv. professor Hendriks van de Rijksuniversiteit van Leiden en oud-Bergenaar, die tot grote verwondering van zijn auditorium als volgt zijn lezing begon:
“Toen ik hier in Bergen uit de trein stapte, dacht ik ‘kom, lamme nog ‘ns ’n keerke naar Tiest van de Draak gaan’. -Tiest van de Draak was Johannes Baptist Trimbos, die in 1854 de Draak kocht en bij zijn voornaam genoemd werd-.
En wie schetst de verbazing bij de toehoorders, toen de zeergeleerde Leidse professor de bekendheid van de Bergenaren aftastte met de vraag: ‘wie weet er waar de Zure Maai is ?’.
Naast talrijke lezingen werden er ook talrijke excursies georganiseerd, 5 tot 7 per jaar.
In 1972 werd toegetreden tot de Stichting Brabants Heem.
In 1974 verscheen het eerste jaarboek, genaamd “Studies uit Bergen op Zoom”, de eerste grote publicatie, gevarieerd van inhoud, rijk en mooi geïllustreerd, kloek van formaat en keurig gedrukt.
Vanaf 1975 verandert het Heemschut-karakter van de vereniging en ontplooit zij zich langzamerhand tot een populair-wetenschappelijke instelling met steeds bredere activiteiten. Intussen heeft ze ook Koninklijke goedkeuring verworven.
Bij het 12,5 jarig bestaan in 1982 verschijnt de knappe monografie “Bergen in kaart gebracht”.
Het ledenaantal is intussen gestegen tot 303 en het jaar daarop zelfs tot 519 !
De Waterschans krijgt een nieuw jasje. Van een gestencild mededelingenblad is het geëvolueerd tot een tijdschrift van formaat. In dit jaar verschijnen nog twee monografieën, nl. “Om de vruchten van Gods berg”en “De Bergse Vastenavond van vóór 1940”. Het is merkwaardig, om niet te zeggen gènant, wat de in 1970 verschenen Encyclopedie van Noord Brabant als omschrijving geeft voor Vastenavond. Ik citeer “wordt in Noord Brabant gevierd aan de vooravond van de Vastentijd”. Da’s mooi, maar nu komt het “jongelui –wat heet jongelui- gaan verkleed en gewapend met een rommelpot langs de huizen, al zingende:
Vrouwke, t’is Vastenavond,
We komen niet thuis vóór ’t avond,
’t avond in de maneschijn,
Als vader en moeder naar bed toe zijn.
De Vastenavond staat voor de deur, dan weet u dus hoe het moet !
Maar ter zake, in 1986 wordt het 700-ste lid ingeschreven.
1987 Is het jaar van 700 jaar Heerlijkheid. De Geschiedkundige Kring krijgt de vererende uitnodiging, het Heerlijk Heemkamp voor Brabants Heem te organiseren. Het 4 dagen durende gebeuren wordt een groot succes.
Ook verschijnt er een jubileumboek: “Bergen op Zoom gebouwd en beschouwd”, waarvan het eerste exemplaar aan Hare Majesteit koningin Beatrix in het Markiezenhof wordt aangeboden.
In 1988 moet vanwege de grote vraag een herdruk verschijnen van het eerste jaarboek “Studies van Bergen op Zoom”.
1989 Is het jaar van o.a. Studie nr. 7 en van de zeer geslaagde excursie naar de Somme.
In 1990 verschijnt Studie nr. 8, met als titel “Ter ere van de Maagd”, t.g.v. de opening van de Schouwburg. Het eerste exemplaar wordt aldaar op 30 augustus aan prinses Margriet aangeboden.
Na het voorzitterschap van achtereenvolgens Fons Gieles, Emiel Härtel en Bert van der Stoel wordt Nico Grosveld de nieuwe voorzitter.
Aan het eind van het jaar 1990 telt de Kring 958 leden. De oplage van de Waterschans moet vergroot worden van 1000 naar 2000 exemplaren. En er verschijnen steeds meer publicaties.
Op de jaarvergadering van 1991 wordt een nieuw beleidsplan gepresenteerd, dat nog een verdere uitbreiding van activiteiten vermeld. Tevens wordt gewerkt aan Studie nr. 9 “Grafzerken in de Gertrudiskerk”.
Op 1 januari van dit jaar bedroeg het aantal leden 1013 en op dit moment zelfs meer dan 1100, waarmee de Kring tot een der grootsten van het gehele land is uitgegroeid.
Dat de Kring zich ook mengt in de discussie omtrent Kijk-in-de-Pot is niet geheel verwonderlijk. De beschutte ruimte in de Kogelvangers was in voorbije jaren een geliefkoosde plaats voor vrijende paartjes. Voor menig huwelijk zal dit een historische plaats zijn.
Alles wel beschouwd, de hoog gekwalificeerde wetenschappelijke verantwoorde lezingen, studies en publicaties, die aan zovele burgers de kennis bijbrengt omtrent het grote verleden van hun woonplaats, bewijzen dat de Geschiedkundige Kring met zijn activiteiten in de roos geschoten heeft.
Men kan niet anders dan concluderen: Beste Kring ge schiet kundig !
Daarom is de zilveren Kring, vanwege zijn heel bijzondere betekenis voor Bergen op Zoom, de terechte prijswinnaar.
Met opzet heb ik me nagenoeg onthouden van het vermelden van namen van personen, die zich op ongewoon enthousiaste wijze voor de vereniging hebben ingezet. Het zouden er beslist veel te veel moeten zijn, en ik zou er zeker vergeten te vermelden.
Harrie Stalpers, voorzitter.